In het begin van mijn opleiding was ik een zeer verlegen meisje. Hierdoor zag ik muzo niet altijd even goed zitten. Ik trad steeds op de achtergrond. Tijdens deze lessen had ik altijd dezelfde gedachte in mijn hoofd. Deze gedachte was: 'Wat zullen de anderen niet van mij denken?'. Wanneer ik in het tweede jaar zat, ging deze gedachte geleidelijk aan weg. Zeker wanneer we het kamishibai-project hadden. Hierin ben ik heel hard kunnen uitgroeien. Ik werd veel creatiever. Het was net also ik opeens mijn fantasie op hol kon laten slaan.
Vroeger vond ik muzo-lessen uitschrijven voor stage altijd een hele klus. Nu dat ik weet waar ik kan zoeken voor inspiratie gaat dat al veel vlotter. Ook doordat ik mijzelf veel vrijer voel en veel meer durf, lopen deze lessen al veel vlotter. Tijdens deze lessen zou ik er nog wat meer diepgang in moeten steken. Als ik nog meer vanuit de kinderen werk, kom ik misschien op nog verrassendere resultaten. Dit probeer ik zeker en vast waar te maken in mijn stage in het zesde leerjaar.
Tijdes de sessies in Dworp heb ik geen enkele keer met de gedachte gezeten van want mijn medestudenten van mij vonden. Ik voelde mij in een zeer veilig klimaat. Op de muzodag zelf heb ik toneelgespeeld. Vroeger zou ik dit nooit gedaan hebben. Dit geef ik zelf ook aan in mijn muzofolio's. Het toneelspelen verliep zelf nog niet super. Ik zou dichter bij de kinderen kunnen gaan staan, waardoor ik hen meer betrek. Tijdens het toneel probeerde ik om de kinderen te betrekken door vragen te stellen. Hierbij mekte ik dat ik moet opletten met wat voor soort vragen ik stel. Ik stelde namelijk veel ja/nee-vragen en de iets oudere kinderen durfden wel eens 'nee' roepen, wanneer ik eigenlijk een 'ja' verwachte. In de toekomst hou ik hier zeker rekening mee. Ik ga ervoor zorgen dat ik op voorhand over mijn vragen heb nagedacht. Zo moet ik mij tijdens het toneelspelen geen zorgen mee maken. Het toneeltje zelf vond ik ook nog niet super in elkaar zitten. Als we hier iets langer de tijd voor hadden gekregen, zou ik het toneel meer uitschrijven, zodat iedereen perfect weet wat hij moet doen en moet zeggen. Nu was het vooral improviseren op de moment zelf. Wanneer het meer uitgeschreven geweest zou zijn, zou je in het toneel zelf nog meer diepgang kunnen steken naar het thema van de muzodag.
Tot slot kan ik dus concluderen dat ik al op de goede weg ben, maar aan het einde ben ik nog zeker en vast niet. Ik heb doorheen de jaren meer zelfvertrouwen gekregen en mijn creativiteit is ook sterk gegroeid. Als leerpunt voor mijn muzo-lessen zou ik de kinderen nog meer willen prikkelen en uitdagen. Ik heb uit de muzodag geleerd dat je in zo'n dag zeer veel tijd moet steken. Die tijd zou ik dus willen benutten om meer tot in het detail te kunnen werken.
Al de lessen op de campus hebben mij geholpen om steeds meer te groeien en mijzelf tegen te komen.